Na lang wachten, verlangen en een intense adoptieprocedure woont Lukas-Liang (3 jaar) intussen al goed anderhalf jaar in Nederland. Al was de thuiskomst van Lukas-Liang emotioneel een zware dobber voor het gezin. ‘Over het eerste anderhalf jaar van zijn leven hadden we heel wat informatie verzameld’, zegt Hanne. ‘We wisten op welke gewoontes hij gesteld was en hoe hij bijvoorbeeld in bed werd gestopt. Desondanks had hij hier vaak en veel verdriet. Daarom lieten we op advies van andere adoptieouders na zijn aankomst de deur van ons huis gesloten. Gedurende een klein half jaar was het enkel Ruud, Lukas-Liang en ik. Er waren wel kleine uitjes af en toe, maar enkel met ons drieën: dat was het kader waar Lukas-Liang rustig aan moest kunnen wennen. Dat was niet altijd makkelijk voor familie en vrienden: zij stonden te popelen om onze kersverse zoon te leren kennen.’
Af en toe een halve dag
Wie Lukas-Liang wel al veel eerder te zien kreeg, was de kinderopvang in de buurt. Hanne: ‘Lukas-Liang moet ongeveer twee maanden hier geweest zijn, toen Ruud en ik er voor het eerst met hem langs gingen. Vanaf de start werd Lukas-Liang aan een vertrouwenspersoon toegewezen. Dat is voor hem ontzettend belangrijk gebleken. In het begin gingen we er een paar keer kort langs en kon Lukas-Liang een uurtje spelen terwijl we bij hem bleven. Een weekje later werden dat twee uurtjes, daarna gingen we, uit het zicht, op de gang zitten. Lukas-Liang kwam toen geregeld kijken of we daar nog zaten. De eerste keer dat we hem volledig achter lieten, merkten we hoe broos onze hechtingsband toen nog was. Lukas-Liang heeft na ons vertrek een uur gekrijst en was niet te troosten. Uiteindelijk heeft de uitputting het van zijn verdriet gewonnen. Toen hij weer rustig was, pikten we hem op. Zo wilden we het signaal geven dat het ophalen niet gelinkt was aan zijn gehuil.’
Het wennen aan de opvang loont. Geleidelijk aan laten Hanne en Ruud Lukas-Liang af en toe een halve dag in de opvang verblijven. Na een jaar van gewenning gaat hij nu al een tijdje twee volle dagen per week naar de opvang. De begeleiders in het dagverblijf zijn voor de ouders cruciale aanspreekpunten, ook vandaag nog. ‘We geven Lukas-Liang bij het brengen altijd wat tijd om zijn plek te vinden in de groep’, zegt Ruud. ‘Vervolgens is er het afscheid en zeggen we duidelijk dat we hem “straks” weer komen ophalen. De aanwezigheid van bekende gezichten is ontzettend cruciaal voor Lukas-Liang, net als voor andere kinderen. Vanwege zijn achtergrond heeft onze zoon extra baat bij vertrouwde situaties en personen op wie hij altijd kan terugvallen.’
Lukas-Liang gaat nu anderhalf jaar naar de kinderopvang (in Nederland gaan kinderen naar de voorschoolse dagopvang tot 4 jaar, red.). In het eerste jaar was de personeelsbezetting zeer stabiel en dat is een enorme meevaller geweest, beseffen Lukas-Liangs ouders. Ruud: ‘Door omstandigheden waren er de laatste maand wat verschuivingen. Gelukkig heeft onze zoon voldoende vertrouwen opgebouwd om dit soort veranderingen aan te kunnen. En sinds vorige zomer ontspant en geniet hij duidelijk meer in de opvang. Ook daar hebben zijn begeleiders oog voor. Ze blijven Lukas-Liang zo veel mogelijk op maat ondersteunen. Dat is een geruststellende gedachte en daardoor kunnen we Lukas-Liang met het volste vertrouwen naar het kinderdagverblijf brengen.’
De aanpak per (adoptie)kind is uiteraard anders. Ook dat beseffen Hanne en Ruud. ‘De achtergronden verschillen enorm. Onze zoon heeft leren hechten in een pleeggezin, maar er zijn kinderen uit tehuizen die elk hun eigen verhaal hebben. Of kinderen die op latere leeftijd geadopteerd worden. Dit maakt dat elk kind anders reageert. Een standaard lijst met signalen en hechtingsrichtlijnen is er niet. Maar een kwalitatieve ondersteuning binnen de opvang: dat is onontbeerlijk.’
Lees verder in KIDDO 3 2012, vanaf pagina 24.
(Omwille van de privacy werden de namen van Lukas-Liang en zijn adoptieouders gewijzigd. Lukas-Liang staat ook niet afgebeeld op de foto.)
Neem een abonnement.