KIDDO 25 JAAR!

Communiceren met ouders volgens Thomas Gordon


Goede samenwerking tussen pedagogisch medewerkers en ouders in de kinderopvang is van cruciaal belang voor een goede verzorging, ontwikkeling en opvoeding van kinderen. De basis voor deze samenwerking is een open en respectvolle communicatie. Hoe zorg je er voor dat de samenwerkingsrelatie met de ouders goed is en goed blijft? Een oplossing volgens het communicatiemodel van de Amerikaanse psycholoog Thomas Gordon.

Communicatie is niet moeilijk als ouders aardig zijn en zich houden aan de regels van het kindercentrum. Communicatie is lastiger als ouders gedrag vertonen waar je je als pedagogisch medewerker aan ergert. Ook al probeer je mee te gaan in wat ouders willen, dat wil niet zeggen dat je aan alle wensen en behoeften van ouders moet voldoen. Hoe pak je het aan wanneer een ouder zich bijvoorbeeld niet aan afspraken houdt? Hoe kom je als pedagogisch medewerker op voor je eigen behoeften, zonder voorbij te gaan aan de wensen van de ouder?

De confronterende ik-boodschap

De Amerikaanse psycholoog Thomas Gordon ontwikkelde een communicatiemodel dat bruikbaar is in dit soort situaties. Een van de vaardigheden uit dit model is de confronterende ik-boodschap. Deze ik-boodschap kun je toepassen in situaties waarin je niet goed weet hoe je om moet gaan met bepaald gedrag van een ouder.

Botsende behoeften

Een voorbeeld uit de praktijk:

Saskia Bos, moeder van Sarah, komt een kwartier na sluitingstijd binnen rennen. Joyce Benali, pedagogisch medewerker op de groep, is geïrriteerd. Het is niet de eerste keer dat Sarah's moeder te laat komt. Vandaag komt het bovendien slecht uit omdat Joyce dansles heeft. Daarom wil ze op tijd vertrekken. Dat lukt nu niet, waarschijnlijk komt ze te laat in de les. Dat geeft haar een opgejaagd gevoel.

Saskia:  ‘Sorry, het was heel druk op de weg. Kom maar Saar, dan gaan we gauw naar huis.’

Joyce:   ‘Ik wil daar toch eens iets over zeggen. U bent vaak te laat de laatste tijd. Ik moet het nu echt noteren. U krijgt dan een boete.’

Saskia:  ‘Een boete voor die tien minuten? Wat is dat voor een service?’

Joyce:   ‘Ik kan er niets aan doen, dit zijn nu eenmaal de regels. U weet dat we om 18.15 uur sluiten.’

Saskia:  ‘Nou, ik vind dit echt zwaar overdreven. Maar stuur die rekening maar, die betaal ik wel. Kom Saar, we zijn hier kennelijk niet welkom.’

Saskia gaat boos naar huis. Joyce fietst gefrustreerd naar dansles. Sarah heeft een naar gevoel in haar buik, omdat twee mensen van wie ze houdt ruziemaken.

Wat gaat er mis in dit gesprek? In deze situatie botst de behoefte van Joyce met de behoefte van Saskia. Joyce heeft er behoefte aan om vroeg op de dansschool aan te komen. Die behoefte wordt niet vervuld omdat Saskia te laat komt. Joyce vindt het gedrag van Saskia om die reden onacceptabel. Joyce heeft Saskia daar op aangesproken. Toch is dat ten koste gegaan van de goede verstandhouding tussen hen. Wat kan daarvan de oorzaak zijn? Hoe kun je dat voorkomen?

Lees verder in KIDDO 4 2013 vanaf pagina 10.

Neem een abonnement.





Menu

Nieuwsbrief

Blijf op de hoogte van de ontwikkelingen!



[ ADVERTENTIE ]